Nieuw Isr. Weekblad, vol. 41(1905), nr. 5, p. [2e bl 2]
De schrijver hekelt het feit dat velen er tegenwoordig niets meer voor voelen om zitting te nemen in de kerkenraad of deel uit te maken van het kerkbestuur. De warme belangstelling die er vroeger was, heeft plaatsgemaakt voor koude onverschilligheid.