Vermeld bij gebruik van deze afbeelding ‘Collectie Joods Historisch Museum’.
Neem contact op met fotoservice@jck.nl voor de afbeelding in hoge resolutie of TIFF-formaat.
Documenten
Briefkaart van Jesaja Schelvis in Westerbork (en werkkamp De Zomp) aan zijn vrouw Manja Schelvis-Ocken, 1942
briefkaart
D002016
Schelvis, J.
dc_creator
Westerbork
1942
handgeschreven
De Zomp
De Zomp was een werkkamp bij Ruurlo (Gelderland)
Ruurlo
Westerbork
Westerbork was het grootse 'doorgangskamp' in Nederland, gelegen in Drenthe. Van de ruim 107.000 joden die naar de concentratiekampen zijn gedeporteerd, kwamen de meesten eerst in Westerbork terecht. Er zijn vanuit Westerbork 93 treinen, met gemiddeld ruim 1000 mensen per trein, naar de vernietigingskampen vertrokken. De meeste daarvan naar Auschwitz en Sobibor, waar respectievelijk 56.000 en 35.000 joden uit Nederland de dood vonden. Bijna 200 joden zijn in Westerbork gestorven. Het kamp was in de jaren dertig door de Nederlandse regering opgezet als vluchtelingenkamp voor Duitse joden. 'Centraal Vluchtelingenkamp' heette het begin 1940, en er huisden zo'n 750 Duitse joden. Op 12 april 1945 werd het kamp bevrijd. Tot 18 juli verbleven er nog joden in het kamp.
werkkamp
Verspreid over Nederland waren er tussen 10 januari 1942 en 2 oktober 1942 zo'n vijftig Rijkswerkkampen voor joodse mannen ingericht. Deze werkkampen pasten in de strategie om joden van niet-joden te scheiden om ze vervolgens makkelijk en ongemerkt te kunnen deporteren. In de kampen moesten deze mannen veelal zware grondarbeid verrichten. Na het leeghalen van deze kampen werden de meeste bewoners via Westerbork naar de vernietigingskampen gedeporteerd.
Schelvis, Jesaja (1912-1944)
Jesaja ('Jack') Schelvis (Amsterdam, 21 oktober 1912 - Midden-Europa, 31 maart 1944), was getrouwd met Hermanda ('Manja') Ocken (1906).
Schelvis-Ocken, Hermanda (1906)
Hermanda ('Manja') Schelvis-Ocken, geboren 23 november 1906 in Noteich (Duitsland) trouwde in 1934 met Jesaja Schelvis (1912-1944). Omdat Manja niet joods was, heeft zij de oorlog in Amsterdam doorstaan.
Westerbork was het grootse 'doorgangskamp' in Nederland, gelegen in Drenthe. Van de ruim 107.000 joden die naar de concentratiekampen zijn gedeporteerd, kwamen de meesten eerst in Westerbork terecht. Er zijn vanuit Westerbork 93 treinen, met gemiddeld ruim 1000 mensen per trein, naar de vernietigingskampen vertrokken. De meeste daarvan naar Auschwitz en Sobibor, waar respectievelijk 56.000 en 35.000 joden uit Nederland de dood vonden. Bijna 200 joden zijn in Westerbork gestorven. Het kamp was in de jaren dertig door de Nederlandse regering opgezet als vluchtelingenkamp voor Duitse joden. 'Centraal Vluchtelingenkamp' heette het begin 1940, en er huisden zo'n 750 Duitse joden. Op 12 april 1945 werd het kamp bevrijd. Tot 18 juli verbleven er nog joden in het kamp.
Verspreid over Nederland waren er tussen 10 januari 1942 en 2 oktober 1942 zo'n vijftig Rijkswerkkampen voor joodse mannen ingericht. Deze werkkampen pasten in de strategie om joden van niet-joden te scheiden om ze vervolgens makkelijk en ongemerkt te kunnen deporteren. In de kampen moesten deze mannen veelal zware grondarbeid verrichten. Na het leeghalen van deze kampen werden de meeste bewoners via Westerbork naar de vernietigingskampen gedeporteerd.
Hermanda ('Manja') Schelvis-Ocken, geboren 23 november 1906 in Noteich (Duitsland) trouwde in 1934 met Jesaja Schelvis (1912-1944). Omdat Manja niet joods was, heeft zij de oorlog in Amsterdam doorstaan.